Zes tips om beter te leren

1. Deel de leerstof op 
Voor je liggen je aantekeningen, een ontzettend dik boek en losse stencils die ook nog bij de stof horen. Deel voordat je begint eerst de lesstof op in kleine stukken. Kijk hoeveel bladzijdes je in totaal moet lezen. Test daarna hoe lang je ongeveer nodig hebt voor 30 pagina’s. Vervolgens kun je er een som van maken, bijvoorbeeld: je moet 200 pagina’s lezen en doet ongeveer een uur over 30 pagina’s. Dan heb je iets meer dan zes en een half uur nodig om deze taak te volbrengen. Die zes en een half uur kan je weer uitsmeren over de tijd die je in totaal hebt. Heb je een week, dan kan je bij dit voorbeeld elke dag een uur tijd inplannen. Op deze manier weet je wat je te doen staat en zorg je ervoor dat je niet alles in één keer hoeft te leren. Wie de leerstof opdeelt, onthoudt alles tenslotte beter dan wie in één keer een heel lesboek er doorheen jaagt. 

2. Gebruik een wekker
Streng voor jezelf zijn kan best lastig zijn tijdens het studeren. Je raakt snel afgeleid en hebt misschien meer zin om je bezig te houden met andere dingen. Maak gebruik van een wekker of timer en zet hem op een uur. Plan van tevoren wat je in dit uur precies gaat doen en ga aan de slag. Spreek met jezelf af dat je deze taak binnen het uur afrondt. Deze gerichte focus zorgt voor een betere concentratie, waardoor jij je niet laat afleiden. Dat mag namelijk pas weer als de wekker afgaat. 

Je kunt de oefening meerdere keren per studiedag uitvoeren. Zorg er wel voor dat je tussen de vastgezette uren iets anders doet.

3. Leg je telefoon weg 
Het lijkt een open deur, maar ga eens bij jezelf na hoe vaak je telefoon naast je ligt terwijl je aan het blokken bent. Iedere keer word je weer afgeleid door een Whatsappje in de appgroep met vriendinnen, of nieuwe Instagram-likes van je volgers. En hoewel je heus wel weet dat je je niet af moet laten leiden, kijk je toch. En blijf je meteen even hangen op je social-feed. Voordat je het weet ben je weer tien minuten verder en niks opgeschoten. 

Leg tijdens het studeren je telefoon echt weg, het liefst in een lade of kast. Zet het geluid op stil en de trilfunctie uit. Op die manier maak je het jezelf alleen maar makkelijker. Je kunt wel met jezelf de afspraak maken om tussen de geplande uren (zie vorige tip) even je telefoon erbij te pakken voor wat ontspanning. 

4. Kijk naar je studieruimte
Kijk eens goed om je heen voordat je begint met studeren. Waar zit je precies? Heb je een studeerkamer, of zit je gewoon op de bank of op je bed? Heb je een apart bureau, of is er alleen aan de keukentafel nog plek? Je omgeving is een belangrijke factor voor je concentratie. Als je in een rommelige kamer zit, kan dat afleiden en heb je misschien de neiging om eerst allerlei onnozele klusjes te doen, in plaats van je echte taak af te maken. 

Beoordeel je studeerplek kritisch: is dit een plek waar jij je goed kunt concentreren? Zijn er geen prikkels (rommel, veel geluid, mensen om je heen) aanwezig die je kunnen afleiden? Maak je eigen omgeving werkbaar en ga daarna aan de slag. 

5. Beweeg tussendoor
Iedereen weet dat de hele dag achter je bureau zitten geen zin heeft. Maar wat doe je dan tussen je leermomenten door? De gouden tip is: beweeg. Loop een rondje buiten of ga even sporten. Op deze manier maak je je hoofd leeg en kunnen je hersenen de stof beter opslaan, waardoor je alles sneller onthoudt.  

6. Kies een vorm die werkt voor jou
Ouderwets stampen kan natuurlijk altijd, maar er zijn meer wegen die naar Rome leiden. Kies een studievorm die werkt voor jou. Of je nu samenvattingen schrijft, mindmaps maakt of alles hardop voorleest, dat maakt niet uit. Het gaat erom dat jij het opslaat. Voel je dus vooral vrij om te experimenteren met verschillende technieken, om uiteindelijk te bepalen wat werkt voor jou.