arrow icon-arrow-slider icon-instagram icon-linkedin icon-close icon-play
Leven

Ain't no mountain high enough

#Passie #Bergbeklimmen #Mount Everest
Robert bergbeklimmen
Als Robert stopt om even op adem te komen, valt hem pas op hoe hoog ze eigenlijk al zijn: ze hebben minstens 4.500 hoogtemeters gemaakt. Het enige geluid op deze berg komt van de groepsleden, die door de inspanning zwaar ademen. Bergschoenen met stijgijzers trotseren de ijzige ondergrond. Wat is Nepal toch prachtig, een groot contrast met het vlakke Nederland. Een jongen uit de groep vraagt hem of alles oké is. ‘’Yes I’m fine!’’, grijnst Robert, ‘’the view here is awesome!’’

Robert doet mee aan het Everest Base Camp, een trektocht in de Himalaya. Deze tocht eindigt bij het basiskamp waar de professionele klimmers beginnen aan hun tocht naar de top van Mount Everest. Lopen is eigenlijk nooit Roberts favoriete hobby geweest. Als hij vroeger op vakantie ging met zijn ouders, vond hij dat maar niets. Het was doelloos en saai bovendien. Maar toen ze naar de Alpen op vakantie gingen en het landschap heuvelachtiger werd, kreeg Robert een kick. Het liefst wilde hij zo hoog mogelijk komen. Hij merkte dat dit hem energie gaf en een nieuwe passie was geboren. Als hij een berg beklimt voelt hij zich onvermoeibaar, op de top van de berg kan hij de wereld aan.

Voordat hij zich inschrijft voor het Everest Base Camp, slaat de twijfel wel bij hem toe. Is dit niet te hoog gegrepen, kan hij dit wel aan? En vormen de beklimmingen met zijn ouders en met zijn vrienden voldoende voorbereiding voor deze uitdaging? Een zeker antwoord op deze vragen heeft hij niet, maar Robert besluit toch een poging te wagen en het gewoon te doen.

De tocht is niet geheel zonder risico, zo is er een kans dat je als bergbeklimmer te maken krijgt met hoogteziekte. Je lichaam kan door een gebrek aan zuurstof het vocht niet goed afvoeren en je kunt last krijgen van hoofdpijn, misselijkheid of duizeligheid. Gelukkig blijft dat Robert bespaard, al heeft hij het tijdens de tocht wel zwaar. De groep begint op 2.800 meter en volgt een vastgestelde route langs een bergpad. Geleidelijk komen ze steeds hoger en Robert merkt dat de zuurstof minder wordt. Hij voelt zich goed en is fit, alleen heeft hij onvoldoende zuurstof om de inspanning vol te houden. Het enige wat hij kan doen is zijn tempo aanpassen om ervoor te zorgen dat hij de top kan bereiken.

Op de top van de berg kan hij de wereld aan

De groep slaapt ’s nachts in gasthuisjes, waar het eten al voor de klimmers klaar staat. Het menu is vegetarisch, want in de bergen hebben ze geen koelingen om vlees vers te houden. Als het op een ochtend weer tijd is om uit het gasthuisje te vertrekken, gebeurt er iets vreemds. Iedereen heeft alle spullen al gepakt en de groep staat op het punt te vertrekken, maar de gang van hun huisje wordt geblokkeerd door een gigantisch beest. Robert probeert net in het donker te onderscheiden wat dit kan zijn, als hij van een van zijn groepsgenoten hoort dat de weg versperd wordt door een paard. Er staat gewoon een paard in de gang, dat is een goed verhaal om mee thuis te komen! Niemand durft het dier te verplaatsen, omdat ze niet weten hoe het paard zal reageren. Na een kwartier vol zenuwen vormt de gids hun redding: hij verdrijft het paard uit de ruimte en eindelijk kunnen ze van start gaan met de tocht van de dag.

Het feit dat de omstandigheden primitief zijn, maakt de groep alleen maar hechter. Het is samen afzien: de kou, de klim, het zuurstofgebrek en dat alles terwijl er geen sanitaire voorzieningen beschikbaar zijn. De groep heeft elkaar nodig, ze moeten het samen doen. Iets wat Robert al snel merkt. Ze trekken enorm naar elkaar toe en al snel hebben ze een goede band. Best gek, want hiervoor kende niemand elkaar nog. De connectie zit hem in dezelfde hobby en passie, die de groep elke keer weer hoger op de berg brengt.

‘’We’re almost there!’’ hoort Robert de gids zeggen. Hij zet zich schrap voor de laatste meters. Het gevoel dat hij heeft als hij de top heeft bereikt, is met geen pen te beschrijven. Het uitzicht is prachtig: het berglandschap strekt zich mijlenver voor hen uit. De vreugde gonst door de groep, ze hebben het samen gehaald. Dagen afzien, ploeteren en toch ook veel plezier hebben geleid tot dit ene moment. Het was fantastisch!

Enthousiast over TPS?
Lees één van onze andere verhalen